Van de week in Het Parool en hier op Torpedo: deze keer een fragment uit de Scipio-saga.
SCIPIO: EEN INTRODUCTIE
Soms vragen mensen of ik ooit nog een roman ga schrijven over Scipio. Meestal zijn dat mensen die Scipio niet zelf hebben gekend. Als antwoord zeg ik dat ze het moeten doen met de paar verhalen die ik over hem heb geschreven. De waarheid is dat ik die roman al af heb. Soms, als ik op straat loop, prevel ik de eerste zin. “Behalve het meisje dat op haar dertiende een kogel opving voor een hond, heb ik nooit een merkwaardiger wezen gekend dan Scipio.”
Of dat echt de eerste zin is zult u nooit weten, die roman komt voorlopig niet uit, veel mensen leven nog. Niet dat ik die mensen van alles wil besparen, of dat ik allerlei zaken onthul die ze slecht zullen bekomen, maar ik wil gewoon geen gedoe in de trant van: maar zo was het helemaal niet! Natuurlijk was het niet zo. Het is nooit zo.
Pingback: ‘Een man met goede schoenen’ van Rob van Essen: tuinkabouters als stootkussen – THE DREAM LIFE OF BALSO SNELL