benaderingen (17)

 

Maandagmiddag stapte ik op de trein naar Amsterdam, omdat Opium Radio me wilde interviewen over De goede zoon. Één nacht logeren in mijn eigen huis. Net die ochtend was Nederland door premier Rutte veranderd in een breekbaar vaasje dat door 17 miljoen mensen werd vastgehouden. Ik merkte daar eerlijk gezegd weinig van toen ik de grens over ging. Het vaasje bleek van reusachtige afmetingen en bekleed met een landschap dat ik herkende, hoogstens zou je kunnen denken dat wat ik eerder voor rivieren had gehouden, grote barsten waren die zich met water hadden gevuld. Die 17 miljoen mensen zag ik nergens, en dat was eigenlijk wel een opluchting.

Toen ik voor mijn voordeur stond, wist ik niet meer welke sleutel daarin moest. Mijn etage was gekrompen. Ik at wat en stapte op de fiets, op weg naar het Vondelpark, van waaruit Opium uitzendt. De uitzending kunt u hier terugluisteren, er is veel mooie muziek, niet van het Leger, maar wel van Rubbra bijvoorbeeld. Wat is het ’s nachts trouwens donker in Amsterdam! de stad is keurig onderhouden, misschien dat men daarom denkt dat ze met minder verlichting toe kan. Toen ik beter oplette zag ik dat er veel lampen van de straatverlichting kapot waren – en dat in zo’n goed geregelde en gezandstraalde stad; of was hier sprake van bezuinigingen in verband met het klimaat? Vijf weken weg is niets, natuurlijk, maar toch valt je van alles op. Niet alleen hoe donker de stad is, maar ook hoe laag. Brussel is hoger, daar is minder hemel boven de (goed verlichte) straten. En toen ik de volgende ochtend, na de logeerpartij in mijn eigen bed, door Amsterdam liep, zag ik dat er de afgelopen vijf weken weer veel nieuwe weggeef-boekenkastjes waren bij gekomen. Nog even en elke Amsterdammer uit de culturele middenklasse zet standaard zijn complete boekenkast tegen de voorgevel van zijn huis. ’s Middags stapte ik op de trein die me terug naar de metropool zou brengen, ik verliet het vaasje, in de hoop dat de 17 miljoen mensen het vooralsnog niet uit hun handen zouden laten vallen. Hoewel, wat dan nog? Toen ik op de Graanmarkt mijn sleutel in het slot stak dacht ik: ik ben weer thuis. ‘Maar kijk, ook dat is slechts schijn,’ zoals Kafka al wist. Het is allemaal al weer bijna voorbij, op kerstavond ben ik wéér thuis, dan weer in de middelgrote havenstad in het noorden van de Nederlanden met haar donkere straten waar je over boekenkasten struikelt.

Advertentie
Dit bericht werd geplaatst in brussel en getagged met , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s