benaderingen (20)

brussel 51 brussel 50

Het eindigt in Hoboken, New Jersey. Zes weken lang keek ik uit op het lyceum in de zijstraat van de Groenmarkt, zes weken lang moest ik daardoor denken aan de school uit de clip van ‘Mad World’ van Gary Jules, uit 2001. Dat nummer kwam uit de film Donny Darko, maar oorspronkelijk is het van Tears for Fears, en dateert het uit 1982. De clip van de versie van Gary Jules is gemaakt door Michel Gondry (de regisseur van Eternal Sunshine of the Spotless Mind). Tot zover de pubquiz-informatie. De school in de clip is

een heel andere school dan het lyceum waarop ik uitkijk, in een heel andere wijk, een heel ander continent zelfs, maar het is ook een school in een stad, de kleuren zijn hetzelfde, het jaargetijde is hetzelfde – misschien is de late herfst wel de beste tijd voor een stad, het seizoen waarbij een stad zich het beste thuisvoelt, het beste seizoen om een stad te leren kennen, al moet je dan wel een thuis hebben, en iemand die weet waar goed verlichte cafés zijn waar je kunt werken. (In dat café ging vorige week woensdagmiddag toen het inmiddels donker was geworden maar nog geen avond, opeens een keihard brandalarm af – zo hard en snijdend dat het pijn aan de oren deed en iedereen doodstil bleef zitten, met rechte rug, wijd open ogen en de vingers in de oren, terwijl een barmedewerker tevergeefs allerlei codes intoetste in een kastje bij de uitgang; het leek nog het meest op een scène uit een moderne dansvoorstelling).

Telkens wanneer ik ’s ochtends om een uur of acht de rolgordijnen van de werkkamer omhoog haalde, zag ik scholieren in groepjes naar het lyceum lopen, veruit de meeste in dikke donkere jassen en ook daarom moest ik steeds aan die clip van ‘Mad World’ denken. Ze groepten samen voor de ingang en je kon je bijna voorstellen dat ze allerlei figuren zouden gaan vormen, maar dat deden ze nooit.

De clip van Gary Jules’ versie van ‘Mad World’ is opgenomen in Hoboken, New Jersey, dat tegenover New York aan de andere kant van de Hudson ligt, de school is de A.J. Demarestschool, dergelijke informatie is binnen een minuut te vinden, de van bovenaf gefilmde uitgang van de school bevindt zich aan Garden Street. Jules’ versie van het nummer is wel erg zwaar aangezet, melancholische stroop waarin je spartelend zwemmend ten onder kan gaan en de tekst is typische jarentachtig-weltschmerz waar ik allang niet meer tegen kan, officieel althans, overdag, als de zon schijnt en we zonder dikke donkere jassen naar buiten kunnen; effectief is het ondertussen wel.

Maar waar het me vooral om gaat zijn de beelden, eerst die van de scholieren met hun figuren, en daarna van de wijk waarin de school staat, wanneer de camera omhoog gaat, en op weg naar de zanger en de pianist op het dak de wijk in beeld brengt. De zon staat laag, het is een late middag en dat past goed bij de trage, gelaten en verstikt wanhopige melancholie van het nummer – je zou nog kunnen denken dat de clip ’s ochtends vroeg is opgenomen, dat de zon opkomt, want logistiek gezien is het voor een filmploeg vast handiger op zoiets op een vroege ochtend op te nemen, maar nee, aan de hand van Google Maps en de stand van het Empire State Building dat in de laatste beelden van de clip in de verte omhoog rijst kan je vaststellen dat dit wel degelijk op een namiddag is opgenomen en dat de zon ondergaat – en waarom is dit zo belangrijk voor me dat ik dat allemaal uitzoek, waarom wil ik per se dat het inderdaad een late middag is, waarom maakt dit twee keer langs glijdende beeld van een wijk in Hoboken zo’n indruk?

Het is geen wijk voor mensen die het breed hebben, de huizen staan als gestapelde blokken dicht op en naast elkaar, maar toch is het een onmiddellijk herkenbaar generiek beeld van een stad. Ik heb de afgelopen zes weken een paar keer naar die clip gekeken en de beelden van die opeengepakte wijk riepen herinneringen op aan herfsten van veertig, vijftig jaar geleden, aan het idee van herfst, een oerherinnering van schemer en geuren en melancholie, hoewel ik op een heel ander continent en in heel andere wijken ben opgegroeid.

En zo wordt het weer allemaal van buitenaf in mijn hoofd gegoten, alsof de wereld er alleen toe dient bij mij associaties en herinneringen op te wekken en ik had mezelf nu juist proberen voor te houden dat het daar niet om zou moeten gaan en daarom was ik ook blij dat ik gisteren met Chrétien B, die een paar dagen bij me logeerde, bij toeval in Wiels belandde, het kunstcentrum op de Van Volxemlaan, waar we niet alleen een expositie van René Daniëls zagen maar ook op het dakterras stonden en uitkeken over Brussel-Vorst. Aan onze voeten lag een oude wijk met dicht opeengepakte huizen, geen wijk voor mensen die het breed hebben en hoewel er veel verschillen waren was het ook precies die wijk in Hoboken zonder dat mijn hoofd daar tussen zat – zo voelde het op dat moment tenminste, omdat het uitzicht op die wijk zo onverwacht was, omdat het bestaan van die wijk niet afhankelijk was van mijn blik. Dergelijke wijken waren overal, het bestond allemaal ook als ik er niet naar keek. Ik had mezelf al bijna uit beeld verwijderd en hoef straks alleen nog maar naar het station te lopen om te vertrekken.

 

(Dit was de laatste Benadering. Met dank aan Mariëtte Baarda (Metsike) voor de titel van deze serie (en lees haar boek), Lize Spit voor de adressen en tram 81 en de Italiaan, en Steven van Ammel, Nathalie Goethals en alle andere goede mensen van Passa Porta die mijn verblijf in Brussel mogelijk maakten; dank, het waren mooie weken.)

Advertentie
Dit bericht werd geplaatst in brussel en getagged met , , , , , , , . Maak dit favoriet permalink.

2 reacties op benaderingen (20)

  1. Viktor Frölke zegt:

    Mooie benaderingen. Zes weken in Brussel lijken me een eeuwigheid.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s